FOMU | Fotomuseum

Karel Sano, afdelingsmanager bij Gevaert Photoproducten N.V., en Piet Baudouin, voormalig conservator van het Museum Sterckshof, organiseerden in 1965 met steun van Agfa-Gevaert de tentoonstelling 125 Jaar Fotografie. Dit ging door in het Provinciaal Museum voor Kunstambachten Sterckshof in Deurne.

De tentoonstelling was zo’n succes dat de uitgeleende stukken van de firma Agfa-Gevaert samen met het archief van de vorige publicatiedienst overgedragen werden aan de provincie Antwerpen. Deze collectie vormde later de kern van een permanente afdeling voor de geschiedenis van de fotografie in het museum. Het werkcomité Foto & Film, onder leiding van Karel Sano, beheerde toen de afdeling. Later volgde doctor Laurent Roosens Karel Sano op.

Vanaf 1973 nam de wetenschappelijke staf van het Museum Sterckshof de taken van het werkcomité geleidelijk over. Onder leiding van historicus Roger Coenen, die later werd bijgestaan door kunsthistoricus Pool Andries, groeide de camera-, fotografie- en bibliotheekcollecties. Eind 1980 verhuisde de afdeling naar een kantoorgebouw in de Karel Oomsstraat in Antwerpen. Het gebouw werd het Museum voor Fotografie gedoopt. In 1986 kreeg het museum een definitief onderkomen in het gerenoveerde pakhuis Vlaanderen aan de Waalsekaai. Architect Georges Baines bouwde een nieuwe vleugel aan het pakhuis zodat er genoeg plaats was.

In 2000 werd er opnieuw grondig verbouwd. Na vier jaar opende het vernieuwde Fotomuseum met meer duizend vierhonderd vierkante meter aan tentoonstellingsoppervlakte, twee cinemazalen, een aantal extra depots, een verruimde inkomhal en een workshopruimte. In 2009 verwierf het museum landelijke erkenning. Nadien werd de capaciteit opnieuw uitgebreid met de Lieven Gevaerttoren. Dit is het eerste lage-energiedepot voor fotografie in Europa.

Vandaag is het FOMU een volwaardige (inter)nationale en erfgoedbeherende instelling die op gebied infrastructuur, werking en personeel enorm gegroeid is.